Waarom ventileren
In de eerste plaats wordt er geventileerd omdat levende wezens zoals mensen en dieren zuurstof nodig hebben om in leven te kunnen blijven. De hiervoor benodigde luchtvolumestroom is echter klein, vergeleken bij met de volumestroom die nodig is om tevens de concentraties van de door de mens geproduceerde geuren en andere stoffen effectief te verlagen tot een aanvaardbaar niveau. Uit hygienische overwegingen, met het oog op de gezondheid en het welbevinden, worden dus zwaardere eisen aan de ventilatie gesteld dan strikt noodzakelijk is om te overleven.
Ventilatie is ook noodzakelijk om het in de woning geproduceerde vocht af te voeren. Niet alle vochtproblemen worden echter, zoals weleens ten onrechte wordt gedacht, veroorzaakt door een gebrek aan ventilatie. Niettemin kan ventilatie een belangrijke rol spelen bij het voorkomen van vochtproblemen in woningen.
De door de menselijke activiteiten in huis geproduceerde verontreinigingen, bijvoorbeeld dampen en gassen bij het koken en verflucht bij het schilderen, dienen naar buiten te worden afgevoerd. Bovendien kan ook warmte, bijvoorbeeld ten gevolge van zonbelasting in de zomer, als een belastende verontreiniging worden beschouwd. Deze warmte wordt voor een belangrijk deel via de spuiventilatie afgevoerd.
Samengevat zijn er dus een viertal hoofdredenen aan te geven om te ventileren:
- Toevoer van zuurstof
- Afvoer van verontreinigde lucht
- Afvoer van vocht
- Afvoer van warmte